5 Voorwoord Een taal leren kun je vergelijken met het optrekken van een gebouw. Je kunt een hoop stenen verzamelen en proberen die op elkaar te zetten, maar als je geen goed grondplan hebt en niet weet waar de muren en deuren moeten komen, krijg je het nooit goed van de grond. Een degelijk fundament en een bouwtekening van het geheel zijn noodzakelijk: zo moet het worden. Grammatica is de bouwtekening van een taal. Het einddoel van grammaticaonderwijs is dat de cursist zich bewust is van de andere regels dan die van de moedertaal. Grammatica is erg belangrijk en moet worden geïntegreerd in het gehele lesaanbod. Regels moeten worden geleerd, daarna herkend in taaluitingen van anderen en toegepast in de eigen productie. Klare taal! is in de voorbije jaren een prachtig instrument gebleken om grammatica te leren. Talloze anderstaligen hebben hiermee de Nederlandse grammatica weten te doorgronden. Dankzij de overzichtelijke aanpak en de vele oefeningen is dit boek geliefd bij zowel cursisten als docenten. Dit is de herziene editie van deze bekende grammatica. Door een verbeterde uitvoering, het toevoegen van extra voorbeelden en nog meer oefeningen is deze nieuwe druk een waardige opvolger. Klare taal! is een pedagogisch-didactische grammatica. Wat wil zeggen dat via voorbeelden en regels de cursist kennis van het Nederlandse taalsysteem wordt bijgebracht. De regels worden duidelijk uitgelegd en de cursist kan door het maken van de oefeningen nagaan of hij de regels begrepen heeft. Klare taal! bestaat uit drie delen: in deel 1 worden de grammaticale structuren behandeld, in deel 2 komt de functie van deze structuren aan de orde en in deel 3 kan de cursist de spelling en het gebruik van leestekens leren beheersen. Na deel 3 is een katern met de antwoorden van de oefeningen en de toetsen toegevoegd. Hierdoor is dit boek ook uitstekend geschikt voor zelfstudie. Daarnaast is er nog een aantal bijlagen te vinden. Als bijlagen zijn opgenomen: - een lijst met onregelmatige werkwoorden - een lijst van werkwoorden met vaste voorzetsels - een lijst van werkwoorden die met een prefix een andere betekenis krijgen - een het-woordenlijst (NIEUW) Klare taal! is voorzien van veel tekeningen die bepaalde begrippen duidelijk maken en het communicatieve element benadrukken. Deel 1 heeft een cyclische ordening. Dat wil zeggen dat een reeds behandeld onderwerp weer terugkomt met een uitbreiding of verdieping. Ook in de oefeningen komt dit tot uiting. Na elke vier lessen is in deel 1 een toets opgenomen. Door deze toetsen eventueel eerst te (laten) maken kan bepaald worden waar een cursist het beste kan beginnen en welke onderwerpen hij al beheerst.
Klare Taal!: Uitgebreide Basisgrammatica Nt2: Leer En Oefenboek Inclusief Antwoorden
Download File: https://urlca.com/2vHgMi
7 Aan de cursist Klare taal! is een grammaticaleerboek in drie delen met oefeningen en antwoorden. Deel 1 behandelt de grammaticale vormen van het Nederlands. Deel 2 gaat over het gebruik van deze grammaticale vormen. Deel 3 behandelt spelling en geeft regels voor het gebruik van leestekens. Elke les bevat twee bladzijden. De linkerbladzijde legt een stukje grammatica uit (theorie); op de rechterbladzijde staan de bijbehorende oefeningen. De antwoorden van de oefeningen staan achter in het boek. In deel 1 is na elke 4 lessen een herhalingstoets ingevoegd. U kunt eventueel eerst de toetsen maken om te kijken of u de voorgaande stof al beheerst. U kunt dan dat gedeelte overslaan. In deel 1 en in deel 2 zijn aan de lessen een of meerdere gezegden toegevoegd onder het kopje Idioom. Deze gezegden illustreren het stukje grammatica dat behandeld is. Als bijlagen zijn toegevoegd een lijst met onregelmatige werkwoorden, een lijst van werkwoorden met vaste voorzetsels, een lijst van werkwoorden die met een voorvoegsel een andere betekenis krijgen en een het-woordenlijst.
5 Correct taalgebruik: de schrijver maakt fouten met betrekking tot spelling, interpunctie en grammatica. Woordenschat en woordgebruik horen hier ook bij. De schrijver gebruikt bijvoorbeeld verkeerde woorden of uitdrukkingen in de tekst. Spelling - Niet-werkwoorden Spelling - Niet-werkwoorden bestaat uit twee soorten opgaven: In welke zin is het dikgedrukte woord fout gespeld? In welke zin zijn de dikgedrukte woorden allebei goed gespeld? Binnen deze opgaven komen woorden aan bod uit de verschillende spellingcategorieën. Denk hierbij aan woorden met een open en gesloten lettergreep, woorden waarin een -s- als een -k- geschreven wordt, woorden die eindigen op -heid of -teit, verkleinwoorden of woorden die met een hoofdletter geschreven moeten worden. Dictee Tevens zijn er een twee dictees opgenomen binnen het onderdeel Spelling - niet-werkwoorden. Een ouder, verzorger of leerkracht leest een zin voor en herhaalt een woord uit deze zin. Het kind moet dit woord opschrijven. De lijst met zinnen en woorden is te vinden op bladzijde 46. Op die manier oefent het kind niet alleen de spelling van de nietwerkwoorden door middel van meerkeuze-opgaven, maar ook door het zelf op te schrijven. Dit doet een groter beroep op de beheersing van de spellingregels. Spelling - Werkwoorden Spelling - Werkwoorden bestaat uit dezelfde twee soorten opgaven als de spelling van de niet-werkwoorden: In welke zin is het dikgedrukte werkwoord fout gespeld? In welke zin zijn de dikgedrukte werkwoorden allebei goed gespeld? In dit geval moeten de regels van de werkwoordspelling toegepast worden. Denk hierbij aan de spelling van woorden in de tegenwoordige tijd, in de verleden tijd en in de voltooide tijd. Vul de juiste vorm in van het werkwoord tussen haakjes Aan het onderdeel Spelling - werkwoorden zijn ook open vragen toegevoegd, waarin het kind het gegeven werkwoord in de zin op de juiste manier moet vervoegen. Doordat dit geen meerkeuze-opgave is, doet ook dit type vraag een groter beroep op de beheersing van de werkwoordspelling. zinsdeel onderstreept is. Dit zijn allemaal meerkeuzeopgaven. Grammatica - woordbenoemen Bij Grammatica - Woordbenoemen wordt gevraagd naar de verschillende type woorden in een zin. Denk hierbij aan het werkwoord, de infinitief, het voltooid deelwoord, het lidwoord, het bijvoeglijk naamwoord, het persoonlijk voornaamwoord enzovoort. Ook in dit onderdeel wordt op verschillende manieren naar de woordsoorten gevraagd. Dit zijn ook weer meerkeuze-opgaven. Interpunctie Het onderdeel interpunctie gaat over het juiste gebruik van leestekens in een zin. Dit onderdeel bestaat uit meerkeuzeopgaven waarin de verschillende leestekens aan bod komen. Denk aan het gebruik van hoofdletters, punten, uitroeptekens, vraagtekens, komma s en aanhalingstekens. Wanneer worden deze leestekens gebruikt en waar plaats je ze in een zin? Alle genoemde onderdelen in deze Oefenboeken komen ook in de LVS-toets en de Centrale Eindtoets van het Cito terug. Door ze in de Oefenboeken als aparte onderdelen aan te bieden, kunnen kinderen op een verantwoorde manier oefenen binnen hetzelfde onderdeel en dit ook echt onder de knie krijgen. Op die manier vormen deze Oefenboeken een uitgebreide oefening in taalverzorging en spelling en een gedegen voorbereiding op de toetsen. Méér oefenen Dit boek is het eerste deel van een set van twee. Beide boeken vormen samen een complete oefening in taalverzorging en spelling. Wil je kind méér oefenen dan wat deze serie aanbiedt? Junior Einstein heeft ook een uitgebreide online oefen- en leeromgeving. Je vindt deze op onze website Grammatica - zinsontleding Bij Grammatica - Zinsontleding wordt gevraagd naar het onderwerp, de persoonsvorm, het (werkwoordelijk en naamwoordelijk) gezegde, het lijdend voorwerp enzovoort. De ene keer wordt er bewust gevraagd naar een bepaald zinsdeel, de andere keer moet het kind aangeven welk Inleiding 5
Digitale middelen kunnen een geweldige toevoe- ging zijn voor je taalles. Ze zorgen voor afwisseling in de klas, bevorderen de motivatie van je leerlingen en betekenen een enorme uitbreiding van je didac- tische mogelijkheden. DigiTaal laat zien hoe je digi- tale middelen effectief kunt inzetten in je taalles en geeft je vijftig kant-en-klare werkvormen.
2ff7e9595c
Komentáře